2 Chronicles 29:21

38) zeven varren,

Hier worden genoemd alle soorten van reine viervoetige dieren, die tot de offeranden geschikt waren, en die geofferd werden: I. voor het koninkrijk, dat is, voor den koning, zijn raadsheren en officieren; II. voor het heiligdom, dat is, voor de zonde en onreinheden, die in den tempel door afgoderij, valsen godsdienst, geweld en anderszins begaan waren; III. voor Juda, dat is, voor de zonden der ganse gemeente.

*2Ch. 29:23.

2Ch 29.23

39) legden hun handen

Namelijk, de koning en de gemeente, of degenen, die in naam der gemeente daar verschenen. Zij verklaarden nu met deze ceremonie dat zij hun zonden bekenden en God baden om vergiffenis, uit kracht der offerande, die eenmaal door den Messias geschieden zou en door deze afgebeeld was. Zie Lev. 1:4, en Lev. 4:15,24, en Lev. 8:18; idem de aantekening Lev. 1:4.

Le 1.4 4.15,24 8.18 1.4
Copyright information for DutKant