Deuteronomy 4:16-17

14) u niet verderft,

Anders, het niet verderft.

15) enig beeld,

Versta, tot enig religieus of godsdienstig gebruik. Want dit gaat het burgerlijk, nodig en matig gebruik van schilderijen, beelden, kaarten, munten, enz. niet aan, noch ook het sieraad van den tabernakel, wat de Heere zelf bevolen heeft.

16) door den hemel vliegt;

Dat is, door, of in de lucht.

Isaiah 44:13

49) De timmerman

Hebreeuws, de graver, of hakker der bomen.

50) trekt het richtsnoer

Te weten over den boom, waar hij een afgod van meent te maken.

51) het af

Te weten [het hout, of hem] te weten den boom, en zo voortaan.

52) met den draad,

Te weten die met krijt bestreken is; anders: met een geverfden draad; anders: met rode aarde.

53) hij maakt het

Of, hij behouwt het met de bijl.

54) dat het in het huis

Of, om in het huis te wonen; dat is, dat het in den tempel der afgoden gesteld worde; of ook wel in een eigen huis van een ijverigen afgodendienaar.

Ezekiel 23:14

33) geschilderde mannen

Hebreeuws, mannen van het afgemaalde, of geschilderde, of gedrukte, gegraveerde; zie boven Ezech. 8:10.

Eze 8.10

34) wand zag,

Te weten in hun eigen land, gelijk de uitlandse schilderijen, inzonderheid van prachtige nati‰n overal plegen omgevoerd en nageschilderd te worden, om de nieuwsgierigheid en pracht van vele mensen te voldoen.

35) menie,

Zie Jer. 22:14.

Jer 22.14
Copyright information for DutKant