Ephesians 1:12
40) wij, die eerst Namelijk uit de Joden, wien deze voortocht van God was beloofd. Zie Hand. 13:46; Rom. 15:8. Ac 13.46 Ro 15.8 41) gehoopt hebben. Namelijk door het geloof in Hem. Want het geloof neemt de beloften aan, waarvan de hoop de vervulling verwacht; Rom. 8:24,25; Hebr. 11:1. Ro 8.24,25 Heb 11.1
Copyright information for
DutKant