Ephesians 5:29

1 Peter 3:7

11) met verstand,

Grieks naar verstand; dat is, uw heerschappij gebruikende met voorzichtigheid en matigheid.

12) vat, als het zwakste,

Een Hebreeuwse wijze van spreken, waardoor enig werktuig, hetzij een persoon of enige andere zaak zijnde, aangeduid wordt, en de vrouw wordt hier zo genaamd, omdat zij geschapen is tot een hulp van den man, Gen. 2:18.

Ge 2.18

13) eer gevende,

Namelijk niet boven maar nevens den man, of naast den man boven het gehele huisgezin, gevoegd met ene zonderlinge zorg en mededogendheid, gelijk het woord eer ook medebrengt, Matth. 15:4; 1 Tim. 5:17; hetwelk ook de liefde van den man en hare zorg over het huis vereist. Zie Ps. 45:10, enz.; Spreuk. 31:27,28; Ef. 5:25, enz.

Mt 15.4 1Ti 5.17 Ps 45.9 Pr 31.27,28 Eph 5.25

14) medeerfgenamen

Namelijk van het eeuwige leven. Sommigen boeken hebben als die medeerfgenamen met u zijn. Hetwelk met den zin wel overeenkomt.

15) niet verhinderd worden.

Namelijk door twist of tweespalt. En hier worden onder de gebeden ook allerlei oefeningen van den godsdienst verstaan.

Copyright information for DutKant