Ezra 1:1

1) eerste jaar

Hebreeuws, in het ene jaar; dat is in het eerste, te weten, zijner regering te Babel, of der monarchie, want hij had al tevoren in Perzi‰ over de twintig jaren geregeerd.

2) Kores,

Hebreeuws, Coresch. Anders gemeenlijk genoemd Cyrus. Zie ook van dezen Jes. 44:28, en Jes. 45:1,13.

Isa 44.28 45.1,13

3) Jeremia,

Zie Jer. 25:12, en Jer. 29:10; waar God uitdrukkelijk belooft zijn volk uit de gevangenis van Babel te verlossen, als die zeventig jaren zou hebben geduurd, die nu juist verlopen waren, naar sommiger rekening, in het jaar van de schepping der wereld omtrent 3434, want de gevangenis was, naar hun gevoelen, begonnen in het jaar 3364.

Jer 25.12 29.10

4) verwekte

Of, wekte op, maakte wakker.

5) stem

Gelijk Exod. 36:6. Zie aldaar, en 2 Kron. 36:22, en Neh. 8:16, enz.

Ex 36.6 2Ch 36.22 Ne 8.15

Isaiah 44:28

98) Cores

Anders Cyrus genoemd, een voortreffelijk koning in Perzi‰, die nog eerst omtrent honderd jaar na deze profetie geboren is.

99) is Mijn herder,

Dat is, hij is van mij gesteld, dat hij zich als een herder, dat is als een goedertieren prins, tegen mijn volk bewijze, bij name om hetzelve uit de Babylonische gevangenis wederom in zijn land te herstellen. Vergelijk Dan. 9:25.

Da 9.25

100) al Mijn welgevallen

Belangende de wederbrenging mijns volks uit Babel in hun vaderland.

Isaiah 45:1

1) tot

Of, van.

2) Zijn gezalfde,

Dat is, tot, of van dien koning, dien God heeft verkoren, gezalfd en verheven tot koning in Perzi‰ en ook in Babyloni‰, opdat hij de Joden uit de Babylonische gevangenschap verlossen zou.

1) tot Cores,

Of, van.

3) om de volken

De Chalde‰n en andere volken.

4) de lendenen

Dat is, den gordel, waarmede hunne lenden omgord zijn.

5) der koningen

Van den koning van Babyloni‰, mitsgaders andere koningen en vorsten, die hem toegedaan zijn.

6) ontbinden,

Dat is, Ik zal hen krachteloos en onweerbaar maken, benemende hun alle macht en middelen van zich tegen Cores te kunnen stellen. Zie Job 12:18.

Job 12.18

7) voor zijn aangezicht

Dat is, alle steden en vastigheden, inzonderheid de stad Babel, zal hij innemen; zij zullen hem zulks niet kunnen verhinderen.

Isaiah 45:13

37) hem

Te weten Cores mijnen gezalfde, Jes. 45:1.

Isa 45.1

38) verwekt

Te weten om mijn volk uit Babel te verlossen.

39) al zijn wegen

Te weten die Hij tegen de Babyloni‰rs trekken zal. De zin is: Ik zal hem in zijne aanslagen geluk en goeden voorspoed geven.

40) hij zal

Te weten Cores. Zie Dan. 9:25.

Da 9.25

41) Mijn stad bouwen,

Te weten Jeruzalem, dat Ik mij uitverkoren heb om daarin te wonen. Zie Jes. 31:9.

Isa 31.9

42) Mijn gevangenen

De Joden, die mijn volk zijn, onaangezien zij in Babyloni‰ gevangen zijn. Hebreeuws, mijne gevangenis.

43) loslaten,

Te weten om naar Judea, hun vaderland, te trekken.

44) niet voor prijs,

Maar vergeefs, uit milddadigheid, om mijnentwil, die hem zulk een voortreffelijke overwinning tegen de Babyloni‰rs geven zal. Zie Jes. 52:3.

Isa 52.3
Copyright information for DutKant