Genesis 14:9-10
24) vol lijmputten; Hebr. putten putten. Aldus wordt een woord bij de Hebren tweemaal gesteld, om de veelheid van enig ding uit te drukken, 2 Kon. 3:16; Jer. 2:13. 2Ki 3.16 Jer 2.13 25) en vielen Een manier van spreken omtrent degenen, die omkomen in den slag, of anderszins, zie Joz. 8:24,25; Richt. 8:10; Richt. 12:6; 1 Kron. 21:14. De vallenden worden hier gesteld tegen de overgeblevenen. Anders, vielen daar in, of daar heen. Jos 8.24,25 Jud 8.10 12.6 1Ch 21.14 Judges 6:17
29) teken, Om mij te verzekeren dat gij van God hiertoe gezonden zijt, opdat ik deze beroeping met een goede conscientie moge aannemen.
Copyright information for
DutKant