Genesis 39:6

11) behalve van

Dat is, Potifar bemoeide zich nergens mede dan met eten en drinken, latende al de huishouding op Jozef berusten. Sommigen menen dat deze woorden: behalve van het brood dat hij at, zien op de superstitie der Egyptenaars, die met de Hebre‰n niet wilden eten. Zie daarvan onder, Gen. 43:32.

Ge 43.32

Job 39:11

26) Wat hij

Hebreeuws, de uitspeuring, of het uitgespeurde der bergen; dat is hetgeen hij steeds zoekt op de bergen, als gras en andere groenigheid, is zijn voedsel.

27) groensel na.

Dat is, groen kruid, dat in het wild wast.

Isaiah 10:3

7) ten dage

Dat is, als Ik u tot mijnen toorn kom bezoeken. Hier spreekt de Heere de onrechtvaardige wetgevers en regenten aan.

8) der verwoesting,

Te weten der verwoesting uws lands. Zie 2 Kon. 18:13.

2Ki 18.13

9) van verre komen zal?

Te weten van den koning van Assyri‰. Zie boven Jes. 9:10,11.

Isa 9.11,12

10) Tot wien

Alsof hij zeide: Daar zullen geen mensen in de wereld zijn, die u zullen kunnen helpen.

11) uw heerlijkheid

Dat is, uwen rijkdom, uwe staten en ambten, die u groot en aanzienlijk maken voor de wereld, waar wilt gij die brengen, dat zij de uwe blijven en u niet afgenomen worden?

2 Timothy 1:12

43) deze dingen lijde,

Dat is, deze verdrukkingen en banden.

44) niet beschaamd; want

Of, ik schaam mij des niet.

45) Wien ik geloofd heb,

Dat is, op wiens toezeggingen ik vertrouwd heb.

46) machtig is,

Dat is, dat hij niet alleen den wil heeft, hetwelk uit zijne toezeggingen blijkt, maar ook de macht om die te volbrengen.

47) mijn pand, bij [Hem]

Dat is, de eeuwige gelukzaligheid en heerlijkheid, die God zijnen kinderen en getrouwen dienaren beloofd heeft, en van Hem in den hemel als een toevertrouwd pand voor hen weggelegd is, en getrouw bewaard wordt.

48) dien dag.

Namelijk der toekomst van Christus ten oordeel, wanneer hij het hun zal geven om werkelijk en eeuwig te bezitten.

Copyright information for DutKant