Genesis 7:2
4) rein vee Rein ten aanzien van Gods ordinantie, waardoor Hij deze beesten van anderen had afgezonderd tot offerande en spijs der mensen; waarvan Hij zijn wil den voorvaders wel geopenbaard had, maar naderhand door Mozes volkomen verklaard heeft. Zie Lev. 11:2. Le 11.2 5) zeven [en] zeven, Hebr. zeven zeven, gelijk ook in het volgende, dat is van iedere soort drie paren, en een overtollig ter offerande na den zondvloed. De Hebren stellen dikwijls een woord, of meer, tweemalen, wanneer zij een verdeling willen maken. Zie onder Gen. 32:16; Num. 7:11, Num. 29:10; Mark. 6:39, enz. Ge 32.16 Nu 7.11 29.10 Mr 6.39Leviticus 24:8
10) elken sabbatdag Hebreeuws, in den dag des sabbats, in den dag des sabbats. Zie van deze manier van spreken Gen. 7:2. Ge 7.2 11) toerichten, Hetwelk de priesters alleen doen moesten. 12) kinderen Israls, Die de meelbloem geofferd hadden, waarvan de priesters de broden of koeken maken moesten.
Copyright information for
DutKant