Isaiah 14:4
16) opnemen Dat is, gebruiken, in den mond nemen, gelijk Ps. 50:16. Ps 50.16 17) tegen den koning Of, van, of over. 18) Hoe houdt Alsof men zeide: Hoe is het mogelijk, dat zulk een machtig en zulk een groot koninkrijk in n nacht zo vervallen is? Van hier af tot op Jes. 14:21, worden beschreven de vrolijke woorden van het volk Gods, vanwege den ondergang der Babylonirs. Isa 14.21 19) de drijver op? Dit is, dien tiran, dien wreden heerser. 20) de goudene Versta hier door de goudene de stad Babel, die rijk en prachtig was, harer inwoners klederen en huisraad blinkende van goud en zilver. Zie Dan. 2:3. Anders: gouddorstige, of goudschatterin. Het komt van een Chaldeeuws woord, dat goud betekent. De profeet bespot Babel, de hoofdstad van Chaldea, met een woord uit de Chaldeeuwse spraak genomen. Da 2.3
Copyright information for
DutKant