Isaiah 60:4
13) Hef uw ogen Dit spreekt de profeet, als zich verwonderende over het groot getal der mensen, die uit alle kanten der wereld tot Christus zouden komen; Jes. 49:18,22,23. Isa 49.18,22,23 14) die allen Te weten heidenen en koningen. 15) tot u; Of, uwenthalve. 16) uw zonen Dat is, de gelovigen onder de heidenen, die tot de kerk Gods behoren. 17) gevoedsterd Of, opgevoed, of opgetogen worden; gelijk Jes. 49:22; zie Num. 11:12. Isa 49.22 Nu 11.12Isaiah 66:12
51) den vrede Het woord vrede wordt verscheidenlijk genomen in de Heilige Schrift: I. voor een geestelijken vrede, rijzende uit het geloof aan Christus, Rom. 5:1; II. voor een broederlijken vrede, dien de ene mens met den anderen heeft, gelijk Mark. 9:50; Joh. 14:27; III. betekent het ook benevens rust van oorlog, alle heil en welvaart, zo aan de ziel als aan het lichaam. Zie Ps. 37:11. Ro 5.1 Mr 9.50 Joh 14.27 Ps 37.11 52) over haar Of, tot haar neigen, of buigen; te weten tot Zion; dat is tot mijne kerk. 53) als een rivier, Zie Jes. 48:18. Isa 48.18 54) de heerlijkheid Dat is rijkdom. Zie Jes. 61:6, en Openb. 21:26. Isa 61.6 Re 21.26 55) gijlieden Te weten gij godzalige Joden. 56) zuigen; Te weten, de onvervalste melk van het goddelijke Woord. 57) op de zijden Dat is, op de armen. De zin is: De Christelijke Kerk en hare leraars zullen met u in alle beleefdheid en vriendelijkheid omgaan, gelijk ene moeder met haar teder kindje doet, niets nalatende van alles wat tot uwe onderrichting en godzaligheid zou mogen strekken. Zie Num. 11:12; Jes. 49:22, en Jes. 60:4,16; Rom. 15:1,2; Gal. 6:1,2, en 1 Thess. 2:7. Nu 11.12 Isa 49.22 60.4,16 Ro 15.1,2 Ga 6.1,2 1Th 2.7 58) getroeteld Of, geliefkoosd worden.
Copyright information for
DutKant