Jeremiah 21:10
14) gesteld Zie Lev. 17:10. Le 17.10 15) kwade, Tot hunne straf en verderf. 16) goede, Om hun wel te doen, of te zegenen.Jeremiah 32:29
46) geofferd hebben, Gelijk boven Jer. 7:18. Jer 7.18 47) vertoornen. Of, te tergen; alzo in het volgende.Jeremiah 34:2
Jeremiah 34:22
33) bevel geven, Dat is, Ik zal door mijne voorzienigheid en regering beschikken dat de Chalden wederkomen. Vergelijk Lev. 25:21, en boven Jer. 25:29; Amos 6:11, en Amos 9:9. Le 25.21 Jer 25.29 Am 6.11 9.9
Copyright information for
DutKant