Jeremiah 5:2

3) zeggen:

Wanneer zij somtijds bij mijnen naam zweren tot een dekmantel van hun afgodisch zweren, waarvan onder Jer. 5:7.

Jer 5.7

4) toch valselijk.

Of, voorzeker, alzo. Anders: daarom; te weten, omdat zij geen recht of trouw of waarheid zoeken.

Jeremiah 12:4

12) treuren,

Dat is, zo jammerlijk gesteld zijn?

13) Hij ziet ons

Te weten de Heere, of Jeremia, die ons dagelijks profeteren van onze nakende verwoesting, maar [willen zij zeggen] zij weten er beiden niet van; om welke verachting, hardnekkigheid, zorgeloosheid en heilloze verloochening van Gods voorzienigheid het land zelfs zo jammerlijk verwoest is.

14) einde niet.

Hebreeuws, achterste, uiterste, laatste. Zie Deut. 32:20, en Spreuk. 14:12.

De 32.20 Pr 14.12

Hosea 4:2

4) [Maar]

Of, vloeken en liegen, enz. breken door; dat is, nemen de overhand, gelijk een watervloed doorbreekt, met geweld van veel water; idem, gelijk geweldenaars en vijanden door de bressen inbreken, alzo breken zij met allerlei gruwelen stoutelijk door, zonder schroom van Gods wetten en ordinanti‰n. Een ander gebruik van het Hebreeuwse woord zie onder Hos. 4:10.

Ho 4.10

5) bloedschulden raken aan bloedschulden.

Hebreeuws, bloeden raken aan bloeden; dat is, de ene moord of doodslag volgt op den anderen. Zie boven Hos. 1:4.

Ho 1.4
Copyright information for DutKant