Jeremiah 50:9

24) rusten;

Of, in orde stellen. Alzo Jer. 50:14.

Jer 50.14

25) hun pijlen

Der voorzegde verzameling.

26) kloeken helds,

Of, ervaren. Anders: van een held, die van kinderen berooft; dat is, die zelfs de jongelingen of jonge manschap nedervelt.

27) ledig wederkeren.

Geen van hunne pijlen zal vergeefs geschoten worden; vergelijk 2 Sam. 1:22, of, [die], [te weten, held] niet ledig wederkeert, zonder nederlaag des vijands.

2Sa 1.22

1 Peter 5:5

10) elkander onderdanig;

Dit zegt de apostel, niet ten opzichte van elk ambt, geestelijk of wereldlijk, waarin altijd behoorlijk onderscheid moet worden gehouden, maar ten opzichte van de algemene liefde, waarin elk den ander zoveel doenlijk is moet wijken en toegeven. Zie Rom. 12:10.

Ro 12.10

11) bekleed;

Of versierd.

Copyright information for DutKant