Job 13:28

53) En hij veroudert

Hij verstaat zichzelven, wijzende met den vinger op zijn eigen lichaam. De zin is dat God, onaangezien zijn verzwakking en uittering, evenwel niet ophield hem ten uiterste toe te beangstigen. Anderen verstaan het van zijn lichaam, of van den mens in het algemeen, gelijk volgt, Job 14:1.

Job 14.1

Psalms 39:11

20) bestrijding

Omdat Gij mij met uw strafbare hand aldus bekrijgt, of dezen oorlog aandoet.

Proverbs 12:4

11) kloeke

Dat is, verstandige, deugdzame en wel huishoudende. Hebreeuws, ene vrouw der kloekheid. Zie van het Hebreeuwse woord Gen. 47:6.

Ge 47.6

12) kroon

Dat is, sieraad en heerlijkheid. Zie van het woord kroon in dezen zin genomen, Job 19:9.

Job 19.9

13) heren;

Dat is, mans. Alzo Exod. 21:3; Jo‰l. 1:8.

Ex 21.3 Joe 1.8

14) die beschaamt

Te weten, zichzelve en haren man, door hare onverstandigheid, ongeschikte manieren en achteloze huishouding. Vergelijk boven Spreuk. 10:5.

Pr 10.5

15) is als verrotting

Dat is, ene kwelling in het binnenste zijner ziel en tering in het binnenste zijns lichaams, omdat hij zijne schande altijd voor ogen ziet. Zie dezelfde gelijkenis onder Spreuk. 14:30; Hab. 3:16, en dergelijke; Ps. 42:11; idem het tegendeel, Ps. 51:10.

Pr 14.30 Hab 3.16 Ps 42.10 51.8

Proverbs 14:30

78) gezond

Hebreeuws, een hart der gezondheid. Versta, een hart of gemoed, dat zuiver is van alle kwade gedachten, driften en bewegingen tegen zijnen naaste, en voornamelijk van den nijd, waarvan hier eigenlijk gesproken wordt.

79) het leven

Dat is de gezondheid en het welvaren van het lichaam. Alzo leven voor genezen en gezond worden, of welvaren naar het lichaam; 2 Kon. 8:8. Zie aldaar de aantekening.

2Ki 8.8

80) des vleses;

Het Hebreeuwse woord staat in het getal van velen, om te kennen te geven dat een gezond hart niet alleen zijn eigen lichaam goeddoet, maar ook de lichamen van anderen.

81) der beenderen.

Dat is, der allerinwendigste leden en krachten des lichaams, en dienvolgens ook des geestes. Zie Job 7:15. Vergelijk boven Spreuk. 12:4, en de aantekening. Idem onder Spreuk. 17:22, en de aantekening.

Job 7.15 Pr 12.4 17.22

Isaiah 50:9

29) [die] mij zal verdoemen?

Te weten met recht. Hebreeuws, goddeloos maken zal.

30) zij zullen altemaal

Te weten al mijne tegenpartijders.

Isaiah 51:8

33) het schietwormpje

Dit is een soort van wormpjes, die in de wol dikwijls zijn.

34) als wol;

Dat is, als een wollen kleed.

35) Mijn gerechtigheid

Gelijk boven Jes. 51:6.

Isa 51.6

35) Mijn heil

Gelijk boven Jes. 51:6.

Isa 51.6

36) van geslacht

Hebreeuws, tot geslacht der geslachten.

Copyright information for DutKant