Job 21:20

36) hij drinkt

Dat is, hij krijgt de straf der gramschap Gods. De manier van spreken is daarvan genomen, omdat Gods wraak bij een drank vergeleken wordt. Zie Ps. 75:9.

Ps 75.8

Psalms 60:3

Psalms 75:8

18) is rechter;

Dit, en het volgende, ziet in het bijzonder op Davids verhoging tot het koninkrijk, dat hem God [hoewel hij eerst van Saul heeft moeten lijden] door Samuel, beloofd had en op Sauls vernedering en verstoting van het koninkrijk, gelijk hem God door Samuel voorzegd had.

Jeremiah 25:15-16

24) gezegd:

In een gezicht.

25) dezen beker des wijns

Of, den beker des wijns dezer grimmigheid; waarmede afgebeeld werden Gods toorn, oordelen en plagen, die Hij dezen volken bereid had en toezenden wil, met last aan Jeremia, om zulks alles voorheen openlijk te verkondigen en aan te zeggen, tot Gods eer, onderwijs en waarschuwing zijns volks, en overtuiging der goddelozen. Vergelijk Ps. 75:9; Jes. 51:17; Openb. 16:19.

Ps 75.8 Isa 51.17 Re 16.19
26) zwaard,

Dat is, krijg en oorlog, met alle bittere gevolgen van dien; vergelijk Ps. 22:21; alzo onder Jer. 25:27,29.

Ps 22.20 Jer 25.27,29
Copyright information for DutKant