Job 26:12
32) klieft Als Hij onweder en stormen laat komen over de zee, die de baren en golven zo verheffen dat de zee schijnt te splijten en vol kloven te zijn; Ps. 107:25,26. Ps 107.25,26 33) verheffing. Dat is, haar onstuimige en hooglopende baren; Ps. 104:7, en Ps. 107:29. Hebreeuws, Rahab, hetwelk enigen in den tekst behouden, verstaande daarbij Egypte, zo genoemd om den hoogmoed en de hovaardigheid der Egyptenaren; Ps. 89:11; Jes. 51:9. Ps 104.7 107.29 89.10 Isa 51.9Jeremiah 31:35
115) ordeningen der maan en der sterren Of, gezette perken; dat is, haar verordineerden loop. 116) heirscharen Zie 1 Kon. 18:15. 1Ki 18.15
Copyright information for
DutKant