Job 38:13

29) hij de

Te weten, de dageraad.

30) einden

Hebreeuws, vleugelen. Alzo boven, Job 37:3. Zie de aantekening. Versta, de uiterste delen en hoeken der aarde, tot welke het schijnsel der zon zich uitbreidt.

Job 37.3

31) uitgeschud

Dat is, uitgeroeid, als stof dat men uitschudt, Neh. 5:13, of, als iets anders, dat uit zijn plaats uitgeschud wordt; Exod. 14:27. Of, uitgeschud worden; te weten, omdat zij het licht des daags schuwen, bedrijvende hun boosheden meest in den nacht, en die daarmede bedekkende, boven, Job 24:13,14; Joh. 3:20; idem, omdat zij bij klaren dag van de overheid plegen met den dood gestraft en zo uit de wereld weggeruimd te worden.

Ne 5.13 Ex 14.27 Job 24.13,14 Joh 3.20

Isaiah 11:12

50) Hij zal

Te weten de Heere.

51) een banier

Gelijk boven Jes. 11:10.

Isa 11.10

52) en Hij zal

Anders: opdat Hij verzamele, enz.

53) vergaderen,

Te weten in Christus, die zijne kerk uit de vier hoeken der wereld vergadert. Alzo dat in Hem geestelijkerwijze vervuld is hetgeen God beloofd heeft; Deut. 30:4.

De 30.4

54) eilanden

Of, hoeken, gewesten. Zie Job 37:3.

Job 37.3
Copyright information for DutKant