Job 38:41
Psalms 147:9
15) zijn voeder Hebr. zijn brood. 16) jonge raven, Hebr. de zonen der raaf. Zie de aantekening bij Job 39:3. Job 38.41Joel 1:20
42) schreeuwt Zie van het Hebr. woord Ps. 42:2, en verg. Job 39:3; Ps. 147:9; Jona 3:8 met de aantekening. Ps 42.1 Job 38.41 Ps 147.9 Jon 3.8 43) elk beest des velds tot U; Hebr. beesten des velds schreeuwt; dat is, elk beest, enz. 44) waterstromen zijn uitgedroogd, Of, kolken, grachten.
Copyright information for
DutKant