Job 5:11
22) de vernederden Dat is, die verkleind zijn door armoede en allerlei ellende, komende voornamelijk uit gebrek van Gods zegen. 23) rouwdragenden Hebreeuws, zwarte; dat is, welke in het zwart gekleed zijn, als degenen, die treuren of rouw dragen. Versta dan, bedroefden en treurigen.Psalms 35:14
23) ging Dat is, ik hield en gedroeg mij niet anders dan of zij van mijn naaste bloedvrienden geweest waren. Anders, ik ging steeds [tot hen] als [tot] enz. Dat is, ik bezocht hen dagelijks. 24) in het Dat is, in het zwart gekleed, gelijk de rouwdragenden gewoon zijn te doen. Alzo Ps. 38:7, en Ps. 42:10, en Ps. 43:2. Zie ook Job 5:11. Ps 38.6 42.9 43.2 Job 5.11
Copyright information for
DutKant