Leviticus 17:3

2) Een ieder van het huis Isra‰ls,

Hebreeuws, man man; dat is, een ieder, wie hij ook zij; alzo boven, Lev. 15:2, en onder, Lev. 17:8,10.

Le 15.2 17.8,10

3) in het leger

Welverstaande, buiten den voorhof des tabernakels, gelijk Lev. 17:4 uitwijst.

Le 17.4

4) slachten zal,

Te weten, om dezelve den Heere te offeren, gelijk klaarlijk blijkt uit Lev. 17:4.

Le 17.4

Deuteronomy 12:13-14

19) gij zien zult.

Namelijk, met behagen.

Copyright information for DutKant