Leviticus 2:3

9) een heiligheid der heiligheden

Dat is, een zeer heilig ding, of van zeer grote en voortreffelijke heiligheid. Alzo Exod. 30:36, en onder, Lev. 2:10, en Lev. 24:9, enz. Het is een manier van spreken, betekenende de vergroting en de verheffing desgenen, van wien gesproken wordt. Alzo wordt God genoemd de God der Goden, en de Heere der heren; Ps. 136:2,3. Het lied van Salomo, het lied der liederen, Hoogl. 1:1. Vergelijk de aantekeningen Gen. 9:25.

Ex 30.36 Le 2.10 24.9 Ps 136.2,3 So 1.1 Ge 9.25

Leviticus 2:10

16) heiligheid der heiligheden

Zie boven, Lev. 2:3.

Le 2.3

Leviticus 6:17

26) een heiligheid der heiligheden,

Zie boven, Lev. 2:3.

Le 2.3

Leviticus 6:25

40) zondoffers:

Zie boven, Lev. 4:3.

Le 4.3

41) in de plaats,

Zie boven, Lev. 1:3.

Le 1.3

42) het is een heiligheid der heiligheden.

Zie boven, Lev. 2:3.

Le 2.3

Leviticus 7:1

1) des schuldoffers;

Zie boven, Lev. 5:6.

Le 5.6

2) heiligheid der heiligheden.

Zie boven, Lev. 2:3.

Le 2.3

Leviticus 24:9

13) zal voor A„ron en zijn zonen

Versta, in het eind van de week, wanneer men op den sabbat daaraanvolgende die toonbroden van de tafel nam, om verse in hun plaats te leggen.

14) vuurofferen

Dit wordt onder de vuurofferanden ook geteld, omdat de wierook, die er op lag, dan aangestoken en den Heere verbrand werd.

Numbers 18:9

17) heiligheid der heiligheden,

Zie Lev. 2:3.

Le 2.3

18) vuur:

Dat is, wat geen branfoffer is, of geordineerd om met vuur geheel op het altaar verbrand te worden, maar wat van de vuuroffers overblijft, enz.

19) heiligheid der heiligheden zijn.

Dat is, gij en uw zonen zult het voor een zeer heilig ding houden. Anders, een heiligheid der heiligheden, het zal uwe en uwer zonen zijn; dat is, omdat het een zeer heilig ding is, zult gij en uwe zonen dat hebben.

Copyright information for DutKant