Matthew 27:65
59) wacht; Welke waren de soldaten, die gesteld waren om de tempel van buiten te bewaren en te bewaken. Zij hadden hun wachtplaats in de burcht Antonia. Zie Josef. Antig. lib. 18, cap. 6. Luke 22:4
4) de hoofdmannen, Dat is, de overste des krijgsvolks, dat den tempel van buiten bewaarde. Zie Luk. 22:52; Hand. 4:1, en Hand. 5:24,26. Lu 22.52 Ac 4.1 5.24,26 Luke 22:52
57) tot de overpriesters, Namelijk tot enigen uit dezelve, van de anderen gezonden om dit werk te beleiden, Matth. 26:47. Mt 26.47 58) stokken Grieks houten. 59) moordenaar? Of, straatschender. Acts 5:24
40) de [hoge]priester Grieks de priester; waardoor de hogepriester verstaan wordt, alzo die het hoofd was van dezen Raad, Hand. 5:27. Zie dergelijke 2 Kron. 24:2. Ac 5.27 2Ch 24.2 Acts 5:26
Copyright information for
DutKant