Numbers 1:53
21) verbolgenheid Te weten, des rechtvaardigen en alvermogenden Gods, die niet ongestraft laat de overtreding zijner wetten, en voornamelijk dergenen, die den godsdienst raken. 22) wacht van den tabernakel waarnemen. Zie Lev. 8:35. Le 8.35 Numbers 18:5
7) verbolgenheid meer zij Versta, des HEEREN; dat is al zulke straffen of plagen, als er tevoren van God zijn afgekomen over Korach en al zijn medeplichtigen. Joshua 22:20
16) de zoon van Zerah, Dat is, die van het geslacht, of huisgezin en nakomelingen van Zerah was; want zijn naaste vader was Charmi, Joz. 7:17,18. Jos 7.17,18 17) overtreding Hebreeuws, overtreding overtreden. 18) het verbannene, Hebreeuws, den ban. 19) kwam er niet Hebreeuws, was. 20) verbolgenheid Te weten, Gods, dat is, straf; zie Num. 1:53. Nu 1.53 21) niet alleen Want eerst zijn er zes en dertig Isralieten bij Ai geslagen, daarna ook zijn vrouw, kinderen en have. Hebreeuws, en die enige man verging niet. 22) in zijn ongerechtigheid. Of, om zijne, enz. 1 Chronicles 27:24
22) had begonnen te tellen, Te weten, al de Isralieten, die boven de twintig jaren oud waren, 2 Sam. 24. 23) hij voleindde het niet, Want hij telde Benjamin en Levi niet, omdat hij deze telling niet gaarne maar tegen zijn dank deed. Zie 1 Kron. 21:6. 1Ch 21.6 24) een grote toorn Versta, den brandenden toorn Gods, dat is, de hittige pestilentie; 2 Sam. 24:13. 2Sa 24.13 25) het getal Te weten, het volle getal, want Joab heeft Levi en Benjamin niet geteld, 1 Kron. 21:6. Anderen verstaan dit alzo, dat David, leedwezen hebbende, niet gewild heeft dat men dit in de stadsboeken zou aantekenen; doch God heeft gewild dat het in de boeken der Heilige Schriftuur zou aangetekend worden. 1Ch 21.6 26) in de rekening Hebreeuws, in het getal. 2 Chronicles 24:18
49) afgoden; Hebreeuws, smarten. Zie 1 Sam. 31:9. 1Sa 31.9 50) toornigheid Namelijk, Gods. Zie onder, 2 Kron. 28:13. 2Ch 28.13
Copyright information for
DutKant