Numbers 16:3

8) Het is te veel voor u,

Hebreeuws, veel voor ulieden, of ulieden veel; dat is, het is genoeg, of, te veel voor u beiden [vergelijk Ezech. 44:6], want de andere Isra‰lieten zijn even goed en even na tot het priesterdom en de regering als gij beiden.

Eze 44.6

9) gijlieden u over de gemeente

Mozes [willen zij zeggen] in de politie en A„ron in het priesterdom.

1 Kings 19:4

8) jeneverboom;

Anders, bremstruik. Zie van dezen struik ook Job 30:4; Ps. 120:4.

Job 30.4 Ps 120.4

9) zijn ziel

Dat is, zijn persoon, of hij zelf; alzo Num. 23:10; Richt. 16:30. Vergelijk de aantekeningen Gen. 12:5. Anders, bad voor zichzelven, of bij zichzelven, of in zijn gemoed, dat hij stierf.

Nu 23.10 Jud 16.30 Ge 12.5

10) Het is genoeg;

Te weten, geleefd en geleden. Hebreeuws, veel; welk woord zo genomen wordt, Deut. 2:3, en Deut. 3:26.

De 2.3 3.26

11) neem nu,

Dat is, laat mij niet langer leven, scheidende mijn ziel van dit lichaam, opdat zij bij U wone; alzo Jona 4:3. Vergelijk de aantekeningen Gen. 35:18.

Jon 4.3 Ge 35.18

12) beter

Versta, om langer te leven dan zij geleefd hebben.

Ezekiel 45:9

24) Het is te veel voor u,

Zie boven Ezech. 44:6. Sommigen verstaan dit alsof God zeide: Gij hebt land, meer dan genoeg voor u, aan hetgeen Ik u toegelegd heb, daarom enz. Anderen houden het voor een verbloemde bestraffing van de overleden koningen van Juda, tot wie God spreekt alsof zij tegenwoordig waren; of van de antichristische kerkelijke en burgerlijke tirannen, die Gods volk zeer lang zouden plagen.

Eze 44.6

25) uitstortingen op van Mijn volk,

Dat gij hen uit het hunne verdrijft en uitstoot, trekkende dat aan u; zulk een overlast zult gij van hen wegnemen, hen daarvan ontlasten. Zie gelijke manier van spreken Jes. 57:14.

Isa 57.14
Copyright information for DutKant