Proverbs 22:28

66) de oude

Hebreeuws, de palen der eeuwigheid. Zie van deze palen Deut. 19:14, en Deut. 27:17; boven Spreuk. 15:25, en onder Spreuk. 23:10; en van het woord eeuwigheid, dat hier voor een langen en onbepaalden tijd genomen wordt, 1 Kon. 1:31.

De 19.14 27.17 Pr 15.25 23.10 1Ki 1.31
Copyright information for DutKant