Psalms 59:11

22) mijner

Of, mijner weldadigheid; dat is, mijn goedertierene of weldadige God, die mij gunstig of wŠl genegen en zijne goedertierenheid aan mij bewezen heeft. Verg. Jer. 2:2, met de aantekening.

Jer 2.2

23) voorkomen;

Of, bejegenen, ontmoeten; dat is, ter rechter tijd goedertierenlijk helpen.

24) op mijne

Of, aan; te weten, mijnen wens, of zijne wraak. Zie Ps. 54:9, en Ps. 22:18.

Ps 54.7 22.17
Copyright information for DutKant