Psalms 83:13

25) schone

Te weten, het land Kana„n, waar God woont in het midden zijns volks. Zie Exod. 15:13.

Ex 15.13

Isaiah 17:13

50) Hij zal

Te weten de Heere.

51) hem

Te weten den koning van Assyri‰. Anders, het, te weten volk, of die, te weten nati‰n.

52) schelden,

Zie de aantekening Ps. 9:6.

Ps 9.5

53) hij

Te weten de koning van Assyri‰; zie 2 Kon. 19:36.

2Ki 19.36

54) verre wegvlieden,

Te weten tot in Assyri‰ toe.

55) gejaagd worden,

Te weten door den engel, die het leger van Sanherib vervolgd en verslagen heeft.

56) het kaf der bergen

Dat is, gelijk het kaf, of stof, dat op de bergen ligt, waar de wind lichtelijk kan bijkomen.

57) een kloot

Of, ronde bol, of bal, of wervel, of kluwen. Anders: als een rond ding. Zie Ps. 83:14.

Ps 83.13

Ezekiel 10:2

8) den man,

Zie van dezen boven Ezech. 9:2. Als men door Hem hier verstaat den Heere Christus, zo wordt Hij hier aangezien als de rechter der goddelozen.

Eze 9.2

9) tot tussen

Hebreeuws, tot de tusschenheden der wielen; dat is, tot in het midden derzelve, alzo in het volgende.

10) wielen,

Versta door deze de raderen, welker beschrijving en betekenis zie boven Ezech. 1:15.

Eze 1.15

11) tot onder den cherub,

Want de wielen of raderen waren bij de cherubim is.

12) vurige kolen

Welke afbeeldingen waren van Gods rechtvaardige straffen, zie boven Ezech. 1:13, en vergelijk Ps. 18:9.

Eze 1.13 Ps 18.8

13) van tussen de cherubs,

Hebreeuws, van de tusschenheden der cherubim; dat is van de plaats, die tussen de cherubim is.

14) strooi ze over de stad;

Tot een teken dat zij verteerd zal worden door een brand van het zwaard, honger en pest, ja ook met stoffelijk vuur; 2 Kon. 25:9.

2Ki 25.9

15) hij ging in

Namelijk de man met linnen bekleed.

16) voor mijn ogen.

Dat is, dat ik Hem met mijne ogen in dit gezicht aanschouwde.

Copyright information for DutKant