Revelation of John 13:3-4

9) gewond, en

Grieks geslacht. Zie van deze wond en haar genezing de aantekeningen Openb. 13:1. Want uit het vervolg van den tekst, en de wijze van spreken die Johannes gebruikt, blijkt dat dit beest deze wond in zijn eerste opkomst heeft ontvangen, die door den keizer Justinianus en enige volgende wel enigszins is genezen, maar ten volle geheeld door Pepijn en Carolus Magnus, die omtrent het jaar zeven en acht honderd den bisschop van Rome in zijn volle bezitting heeft gesteld, als de tien koningen die met hem opgekomen zijn, hun macht hem hebben bijgevoegd; waarop de bewondering en onderwerping van alle volken in het christenrijk gevolgd is, gelijk de tekst verklaart.

Re 13.1

10) zijn dodelijke

Grieks de slag of wond zijns doods.

11) verwonderde zich

Dat is, volgde het beest achterna met verwondering.

12) zij aanbaden den draak,

Namelijk wel niet in zijn gedaante, gelijk het heidense Romeinse rijk in zijn afgoden had gedaan, maar in den nieuwen beeldendienst en andere afgodische manieren, waartoe zij in dit rijk vervielen, gelijk hiervoor Openb. 9:20 is betuigd, en de ervaring maar al te veel bewijst.

Re 9.20

Revelation of John 13:8

21) welker namen niet

Dat is, welke door God in Christus niet zijn uitverkoren, gelijk Paulus spreekt Ef. 1:4. Zie dergelijke Luk. 10:20, en hierna Openb. 20:12.

Eph 1.4 Lu 10.20 Re 20.12

22) Dat geslacht is,

Enigen voegen deze laatste woorden: van de grondlegging der wereld met de voorgaande woorden: welker namen niet zijn geschreven in het boek des levens, gelijk Paulus van de verkiezing in Christus spreekt, Ef. 1:4; anderen, bij de laatste woorden: dat geslacht is. Want hoewel Christus inderdaad niet is geslacht, dan toen Hij voor ons aan het kruis geleden heeft, zo is nochtans deze Zijn dood en offerande van het begin der wereld krachtig geweest tot verlossing Zijner gelovigen; en Hij is van den beginne geslacht in Gods besluit, in Gods beloften en in het geloof der uitverkorenen, gelijk van Abraham gezegd wordt, Joh. 8:56, en van Mozes, Hebr. 11:26.

Eph 1.4 Joh 8.56 Heb 11.26
Copyright information for DutKant