Romans 2:20
48) der onwetenden, Grieks der onmondige kinderen; dat is, die van kleine wetenschap zijn, gelijk kinderen; Matth. 11:25; 1 Cor. 13:11. Mt 11.25 1Co 13.11 49) de gedaante der kennis Grieks morphosin; dat is, een gezette wijze of gestalte van kennis; of een schijn, en niet een waarachtig wezen van kennis. Zie 2 Tim. 3:5. 2Ti 3.5
Copyright information for
DutKant