Song of Solomon 4:12-14

51) besloten hof,

Of, gegrendelde, toegesloten, in slot gedane hof. Hiermede wordt de onbevlekte, geestelijke reinheid en kuisheid der kerk beduid, die den vreemden vrijers of verleiders geen toegang geeft. Doch anderen verstaan dit van de bescherming Gods, die zijne kerk bewaart voor de wilde dieren; dat is voor de wrede tirannen. Jes. 5: vergelijkt God zijne kerk bij een besloten wijnstok; en Zach. 2:5 belooft Hij rondom Jeruzalem te zullen zijn een vurige muur.

Zec 2.5

52) een besloten wel,

Uit welke het klare water van het heilig Evangelie is spruitende, waarmede de bedroefde harten en gemoederen verkwikt en gelaafd worden, Ps. 23:2; achtervolgens de belofte, die God zijne kerk doet, Jes. 58:11. En daarom wordt deze wel of springader gezegd besloten te zijn, omdat dit water der genade alleen den ledematen der kerk toekomt. Niemand komt daartoe dan door Christus.

Ps 23.2 Isa 58.11

53) een verzegelde

Versta hierdoor de verzekering of bevestiging der genade, die Christus zijne gemeente bewijst, zie 2 Cor. 1:22; Ef. 1:13; ja zijne gemeente alleen, want dat men verzegelt, dat maakt men anderen niet deelachtig. Zie Jes. 8:16.

2Co 1.22 Eph 1.13 Isa 8.16
54) Uw scheuten

Of, uwe planten, of ranken, of plantsoenen; dat is, de gelovigen en ledematen der kerk zijn overvloediglijk met goede werken versierd en vervuld, gelijk een granaatappel vol korrels is. Zij zijn als vruchtbare bomen geplant bij een vers water, Ps. 1:3, en Ps. 92:13.

Ps 1.3 92.12

55) een paradijs

Of, lusthof, schone boomgaard. Het betekent eigenlijk ene plaats met bomen beplant, gelijk blijkt uit Pred. 2:5; het wordt ook somtijds genomen voor een bos of woud, Neh. 2:8.

Ec 2.5 Ne 2.8

56) edele vruchten,

Of, uitnemende, voortreffelijke vruchten. Versta hierdoor de goede werken der gelovigen, die God aangenaam zijn, gelijk granaatappelen en andere lieflijke vruchten den mensen zijn.

57) cyprus

Zie boven, Hoogl. 1:14. Hebreeuws, cyprussen met nardussen, of veel cyprus met veel nardus. Daarom wordt het woord nardus hier gesteld in het getal van velen, en Hoogl. 4:14; in het getal van een, omdat er verscheidene soorten van nardus zijn; of versta hier de bladeren van cyprus en nardus, die ook wŠl rieken.

So 1.14 4.14
58) kalmus

Anders, zoet riet, kalmus en kaneel werden gebruikt in de heilige olie, Exod. 30:23, gelijk de mirre in de olie der zalving; Exod. 30:23 tot Exod. 30:34.

Ex 30.23,23,34

59) bomen

Dat is, van zulke bomen, die wierook geven.

60) aloe,

Of, sandelboom. Zie Num. 24:6; Spreuk. 7:17, en Ps. 45:9.

Nu 24.6 Pr 7.17 Ps 45.8

61) alle

Hebreeuws, alle hoofdspecerijen; dat is allerlei voornaamste specerijen. Zie Exod. 30:23.

Ex 30.23

62) voornaamste specerijen.

Versta hierbij, uit Hoogl. 4:13, zijn uwe scheuten, of ranken. En door deze lieflijke, welriekende kruiden of specerijen worden te kennen gegeven de velerlei gaven des Heiligen Geestes, waarmede de godzaligen begenadigd zijn; zie 1 Cor. 12:5,6, enz.; Gal. 5:22,23; 1 Petr. 4:10.

So 4.13 1Co 12.5,6 Ga 5.22,23 1Pe 4.10
Copyright information for DutKant