‏ 1 Corinthians 16:23

65) De genade van den

Dit is het gewone besluit van al de zendbrieven des apostels.

‏ Colossians 4:18

40) met mijn hand,

Hierdoor verstaat hij de woorden van den volgenden groet van genade, dien hij met zijn eigen hand onder al zijne brieven placht te schrijven, hoewel hij de hand van anderen in het uitschrijven der brieven dikmaals gebruikte, gelijk hij zelf betuigt 2 Thess. 3:17. Zie verder de aantekeningen 1 Cor. 16:21.

2Th 3.17 1Co 16.21

41) De genade zij met u.

Dat is, de bijzondere gunst Gods in Christus jegens ons, met al de weldaden, die daaruit vloeien.

42) Amen.

Zie van dit woord de aantekeningen Matth. 6:13, en Matth. 28:20.

Mt 6.13 28.20

‏ 2 Thessalonians 3:17

36) een

Namelijk waardoor mijn eigen brieven van andere, die op mijn naam zouden mogen versierd zijn, bij de gemeente kunnen worden onderscheiden. Zie Col. 4:18.

Col 4.18

Dit onderscheid, gelijk voor deze in andere zendbrieven is aangetekend, gaat niet vast, en (het) is geloofwaardiger dat deze brief, gelijk de voorgaande, ook van Corinthe is geschreven, waar Paulus na zijn vertrek van Thessalonica anderhalf jaar is stil geweest, en waar Timotheus en Silas eerst tot hem zijn gekomen, in wier naam deze zendbrief ook is geschreven; 2 Thess. 1:1. Zie Hand. 18:5, Hand. 18:11.

2Th 1.1 Ac 18.5,11
Copyright information for DutKant