1 Corinthians 2:15

40) de geestelijke [mens]

Dat is, die door den Geest Gods is verlicht en wedergeboren.

41) alle dingen, maar

Namelijk ter zaligheid nodig. Want ook de gelovigen dwalen somtijds wel in sommige zaken, maar die ter zaligheid zo nodig niet zijn; of wanneer zij deze gave der onderscheiding niet genoeg opwekken door naarstigheid en gebeden. Zie Joh. 10:4,27; 1 Thess. 5:21; 1 Joh. 4:1.

Joh 10.4,27 1Th 5.21 1Jo 4.1

42) niemand

Namelijk die niet wedergeboren of geestelijk is; anderszins moet ook de geest der profeten den profeten onderworpen zijn; 1 Cor. 14:29,32.

1Co 14.29,32

43) onderscheiden.

Of, geoordeeld; dat is met oordeel onderscheiden; gelijk 1 Cor. 2:14.

1Co 2.14
Copyright information for DutKant