‏ 1 Kings 22:4

8) Zo zal ik zijn

Hebreeuws, gelijk mij, gelijk u, gelijk mijn volk, gelijk uw volk, gelijk mijn paarden, gelijk uw paarden; alzo 2 Kon. 3:7, en 2 Kron. 18:3. Dat is, ik zal met u in dezen strijd trekken, en zo getrouw zijn dat gij moogt steunen op mijn persoon als op den uwe, op mijn volk als op het uwe, enz.

2Ki 3.7 2Ch 18.3

‏ 2 Kings 3:7

6) mij afgevallen,

Die ik ben de wettelijk opvolger in het koninkrijk mijns vaders, en daarom zulk een afval mij moest aantrekken, hoewel hij hier tevoren geschied is. Zie boven, 2 Kon. 1:1.

2Ki 1.1

7) zal ik zijn,

Vergelijk 1 Kon. 22;4, en zie de aantekening.

‏ 2 Chronicles 19:2

1) Jehu,

Zie van dezen profeet 1 Kon. 16:1.

1Ki 16.1

2) Hanani,

Zie van dezen ook boven, 2 Kron. 16:7.

2Ch 16.7

3) ziener,

Dat is, profeet. Zie 1 Sam. 9:9, en boven, 2 Kron. 9:29.

1Sa 9.9 2Ch 9.29

4) den goddeloze

Namelijk, Achab, dien hij geholpen had tegen de Syri‰rs, boven, 2 Kron. 18:3, enz.

2Ch 18.3

5) van het aangezicht

Hebreeuws, van voor het aangezicht des Heeren.

6) toornigheid.

Die Josafat enigszins gevoeld had, boven, 2 Kron. 18:31 en naderhand nog gevoeld heeft, onder, 2 Kron. 20:1.

2Ch 18.31 20.1
Copyright information for DutKant