‏ 1 Kings 8:16

35) heb Ik

Dat is, Ik heb mijn verkiezing niet geopenbaard, noch in het werk gesteld. Alzo is het woord verkiezing genomen voor de uitvoering der verkiezing, Deut. 12:11; 2 Kron. 6:5; Zach. 2:12, want Gode zijn al zijne werken van eeuwigheid aan bekend; Hand. 15:18.

De 12.11 2Ch 6.5 Zec 2.12 Ac 15.18

36) dat Mijn Naam

Dat is, dat mijn leer daar luidbaar zij, de godsdienst van mij ingesteld, bediend worde, het volk, dat naar mijn naam genoemd wordt, bijeenkome, mijn Geest ook daar krachtiglijk werke. Vergelijk Deut. 12:11, onder 1 Kon. 8:29, en 1 Kon. 14:21; 2 Kon. 21:4; 2 Kron. 6:6; Ps. 132:13,14.

De 12.11 1Ki 8.29 14.21 2Ki 21.4 2Ch 6.6 Ps 132.13,14

‏ 2 Kings 2:24

35) vloekte hen,

Niet uit haat van hun personen, maar van de afgoderij, die zij zozeer beminden, dat zij den waren God en zijn trouwe dienaren, van den tijd dat zij enig verstand gehad hadden, geleerd en gewend waren vijandelijk te haten.

36) in den Naam des HEEREN.

Dat is, door bevel en ingeving des Heeren; of met aanroeping zijns naams. In den naam des Heeren iets doen, is zulks te doen: I. door bevel, last en drijving Gods, Deut. 18:19; 2 Kron. 33:18; Joh. 5:43; II. met het vertrouwen op Gods hulp en de aanroeping zijns naams, Ps. 44:6, en Ps. 63:5; III. om Godswil, of ter oorzaak van hem, Matth. 18:5; ter ere Gods, Coloss. 3:17.

De 18.19 2Ch 33.18 Joh 5.43 Ps 44.5 63.4 Mt 18.5 Col 3.17
Copyright information for DutKant