2 Chronicles 7:14

25) over dewelken

Dat is, die van Mij hun naam hebben, of naar Mij genaamd worden; want de vromen worden Gods kinderen, des Heeren erfdeel en zijn eigendom genaamd. Dezelfde manier van spreken is Deut. 28:10; Amos 9:12.

De 28.10 Am 9.12

26) Mijn aangezicht

Het aangezicht des Heeren te zoeken, is hem te leren kennen, alzo Hij zich geopenbaard heeft in zijn Woord, zijne werken en tekenen zijner genade, onder welke in het Oude Testament ook geweest is de ark des verbonds. Zie Ps. 24:6, en Ps. 27:8.

Ps 24.6 27.8

27) genezen.

Dat is, vrij maken van alle ongedierte, van onvruchtbaarheid, van pest, enz.

2 Chronicles 11:16

28) die kwamen

Namelijk Levieten; van wie in 2 Kron. 11:14 gesproken is.

2Ch 11.14

29) zoeken,

Dat is, recht te leren kennen, zuiverlijk te dienen, vuriglijk aan te roepen, trouwelijk te gehoorzamen, en in al dezen gestadiglijk te volharden, om hierna in eeuwigheid met Hem te leven. Alzo onder, 2 Kron. 15:2,12,15; Ps. 69:33; Jer. 50:4; Amos 5:4.

2Ch 15.2,12,15 Ps 69.32 Jer 50.4 Am 5.4
Copyright information for DutKant