2 Corinthians 5:6

13) van den Heere.

Namelijk Jezus Christus, wiens lichamelijk aanschouwen en tegenwoordigheid wij zolang moeten derven, gelijk blijkt 2 Cor. 5:8, en verklaard wordt Filipp. 1:23.

2Co 5.8 Php 1.23

2 Corinthians 11:2

3) ijverig over u met

Of, jaloers.

4) ijver Gods;

Of, jaloezie.

5) toebereid om

Of, versierd, toegepast, dat is, door de predikatie des Evangelies tot het geloof, en door het geloof tot Christus gebracht, en aan Hem gelijk als ondertrouwd, waarop het geestelijke huwelijk moet volgen. Zie Ps. 45:10; Ezech. 16:8; Hos. 2:18; Ef. 5:23, enz.

Ps 45.9 Eze 16.8 Ho 2.19 Eph 5.23

1 Thessalonians 4:17

38) opgenomen

Gr. gerukt, getrokken; namelijk nadat zij zullen veranderd en Zijn verheerlijkt lichaam in een ogenblik tijds gelijkvormig gemaakt zijn; 1 Cor. 15:51; Filipp. 3:20, Filipp. 3:21.

1Co 15.51 Php 3.20,21

39) in de wolken

Die namelijk als een wagen zullen zijn, waardoor zij tot Christus in de lucht opgevoerd zullen worden, gelijk van Elia gezegd wordt, 2 Kon. 2:11, en van Christus zelf, Hand. 1:9.

2Ki 2.11 Ac 1.9

40) in de lucht

Namelijk waar Hij Zijn gericht zal houden, voor de ogen aller mensen, die door de engelen zullen bijeengebracht zijn tot Zijne rechter- en tot Zijne linkerhand. Zie Matth. 25:31, enz.; Openb. 1:7.

Mt 25.31 Re 1.7

41) met den Heere

Namelijk Christus Jezus in den hemel; Joh. 14:2, Joh. 14:3.

Joh 14.2,3

Hebrews 13:4

5) onder allen,

Grieks in allen; dat is, in alle dingen of onder alle personen. Want op beide wijzen kan het genomen worden: in alle dingen; namelijk die de huwelijke staat naar Gods instelling medebrengt en vereist; of onder alle personen; namelijk van welken staat en roeping zij ook zijn, mits dat zij zulks wettelijk en in den Heere doen; Lev. 18; 1 Cor. 7:39. Anderen zetten het over: Het huwelijk zij eerlijk; alzo dat de apostel hier den gehuwden een regel zou stellen, waarnaar zij zich hebben te gedragen. Doch het woord maat, hetwelk volgt, duidt deze verklaring niet. De apostel stelt dan hier deze vermaning tegen het misbruik van vele mensen, die zich in hoererij of door echtscheiding in overspel verliepen, om de lasten en ongemakken van het huwelijk te ontgaan; en ook tegen sommige valse leraars, die ten tijde der apostelen, en, ook daarna den huwelijken staat als oneerlijk en bevlekt verwierpen, van wie de apostel ook Timotheus vermaant; 1 Tim. 4:3.

1Co 7.39 1Ti 4.3
Copyright information for DutKant