2 Kings 25:4
5) doorgebroken, Te weten, van de Chalden, die de stad belegerden en nu de middelpoort ingenomen hadden; Jer. 39:2,3. Jer 39.2,3 6) [vloden] Dit woord is hier ook ingevoegd, tot aanvulling van den zin, uit Jer. 39:4. Zie deze heimelijke vlucht afgebeeld Ezech. 12:6. Jer 39.4 Eze 12.6 7) poort, Versta, een heimelijke poort of uitgang, die tussen twee muren der stad gemaakt was. 8) waren Of, was, te weten, poort, of weg.Jeremiah 39:4
9) van des konings hof, Die aan of bij het hof van den koning was; vergelijk 2 Kon. 9:27. 2Ki 9.27 10) poort tussen de twee muren; Zie 2 Kon. 25:4. 2Ki 25.4 11) hij toog uit [door] den weg Namelijk de koning. 12) vlakken velds. Of, der woestijn; deze woestijn, of deze vlakke velden, was gelegen tussen Jeruzalem en Jericho, of de Jordaan. Zie 2 Sam. 15:23, en hier Jer. 39:5. 2Sa 15.23 Jer 39.5Jeremiah 52:7
Copyright information for
DutKant