2 Kings 9:1
1) zonen Zie 1 Kon. 20:35. 1Ki 20.35 2) Gord uw lenden, Zie 1 Kon. 18:46, en boven, 2 Kon. 4:29. 1Ki 18.46 2Ki 4.29 3) Ramoth in Gilead. Zie Deut. 4:43. Het blijkt uit dit verhaal dat de Isralieten deze stad weder van de Syrirs aan hun zijde gekregen hadden. Zie onder, 2 Kon. 9:14, en de aantekeningen. De 4.43 2Ki 9.14 Luke 17:8
10) omgord u, Namelijk naar de wijze van die landen, waar men lange klederen droeg. Zie Luk. 12:37. Lu 12.37 John 13:4
7) klederen af, Namelijk opperklederen, gelijk dit woord dikwijls genomen wordt. Zie Matth. 5:40, en Luk. 6:29. Aldus plachten de dienstknechten hunne heren te dienen. Zie Luk. 17:8. Mt 5.40 Lu 6.29 17.8 8) omgordde Zichzelven. Namelijk om te vaardiger te zijn tot dezen dienst, en met dezen handdoek de voeten te drogen.
Copyright information for
DutKant