2 Samuel 3:28-29
54) bij den HEERE, Hebreeuws, van bij den HEERE; alsof hij zeide: Ik ben vrij van straf bij den Heere, die dezen moord noch mij, noch mijn koninkrijk zal toerekenen. 55) bloed van Abner, Hebreeuws, bloeden; gelijk Gen. 4:9,10, enz. Ge 4.9,10 56) Het blijve op het hoofd van Joab, Te weten, bloed; zie Richt. 9:24. Jud 9.24 57) afgesneden, Dat is, er zij in Joabs huis altijd iemand, die deze plagen of enige van die onderworpen is. 58) vloed hebbe, Zie Lev. 15:2, enz. Le 15.2 59) aan den stok houde, Dat is, die ongezond, zwak, machteloos of lam is. 1 Kings 2:5
11) mij gedaan heeft, Te weten, altijd zeer trots tegen mij geweest zijnde, omdat hij den krijgslieden zeer aangenaam was. Zie 2 Sam. 3:39, en 2 Sam. 3:19. 2Sa 3.39,19 12) krijgsbloed Hebreeuws, heeft bloeden des krijgs gezet; dat is, moorderijen aangericht. Nu heet krijgsbloed dat in den krijg vergoten wordt, maar Joab had bloed vergoten in tijd van vrede. 13) aan zijn gordel, Te weten, stekende zijn bloedig zwaard in de schede nadat hij die twee mannen vermoord had. 14) aan zijn schoenen, Op welke van het bloed der doorstekenen gevallen is.
Copyright information for
DutKant