Acts 2:44
93) waren bijeen, Dat is, vergaderden dikwijls bij elkander in ne plaats. 94) gemeen; Namelijk wat aangaat het gebruik der goederen in tijd van nood, maar niet wat aangaat den eigendom derzelve, eer ze aan de apostelen waren overgeleverd; gelijk te zien is Hand. 5:4. Ac 5.4Acts 5:4
6) Zo het gebleven Grieks blijvende; namelijk onverkocht. 7) bleef het niet Dat is, stond het niet in uw believen het voor u te behouden, zonder genoodzaakt te zijn om te verkopen? 8) was het niet in Namelijk om met het geld te doen wat u goeddocht; het voor u te behouden, of hier te brengen. Waaruit blijkt dat deze gemeenschap der goederen niet was ten aanzien van den eigendom, maar ten aanzien van het gebruik, in tijd van nood. Zie Hand. 2:42. Ac 2.42 9) voorgenomen? Grieks gesteld, of gezet. 10) niet gelogen, Dat is, niet zozeer, of niet alleen gelijk gij meendet. 11) Gode. Namelijk dewijl gij den Heiligen Geest gelogen hebt, Hand. 5:3, die met den Vader en Zoon de waarachtige God is. Zie 1 Cor. 3:16, vergelijk met 1 Cor. 6:19. Ac 5.3 1Co 3.16 6.19
Copyright information for
DutKant