Daniel 5:1
1) Belsazar Te weten kleinzoon van Nebukadnezar den Grote, den zoon van Evilmerodach. Van dien tijd af te rekenen dat de Joden in de Babylonische gevangenschap gebracht zijn tot het einde van de Babylonische monarchie, hebben deze drie koningen te Babel geregeerd: Nebukadnezar de Grote, Evilmerodach zijn zoon, en Belsazar, de zoon van Evilmerodach; zie en vergelijk hiermede 2 Kon. 25:27; Jer. 27:5,6,7. Doch anderen stellen na dezen Belsazar enen Nabonides, die van Danil zou genoemd zijn Darius de Meder, onder Dan. 6:1, en het koninkrijk ontvangen hebben, door vrijwillige verkiezing der Babylonirs, enz.; waarvan de verstandige lezer kan oordelen en letten op Jer. 27:7, enz.; idem onder Dan. 5:28, en Dan. 6:1,29, en Dan. 8:3,20, en Dan. 9:1, en Dan. 10:1, en Dan. 11:1,2. 2Ki 25.27 Jer 27.5,6,7 Da 5.31 Jer 27.7 Da 5.28,31 6.28 8.3,20 Da 9.1 10.1 11.1,2 2) maakte Sommigen houden het daarvoor, dat deze maaltijd gehouden is gedurende de belegering der stad Babel door de Perzen, om te betonen dat hij den vijand, die toen voor Babel lag, weinig of niet achtte. 3) een groten maaltijd Chaldeeuws, maakte veel, of grote spijs, of brood, gelijk Pred. 10:19. Ec 10.19 4) duizend geweldigen, Dat is, al de vorsten, prinsen, groten, voortreffelijken en voornaamste heren en officieren van zijn rijk, die velen in getal waren. 5) voor die duizend. Dat is, in tegenwoordigheid derzelven; vergelijk Esth. 1:3. Es 1.3
Copyright information for
DutKant