Exodus 10:19

22) wierp ze

Hebreeuws, hechtte die, of, maakte die vast; dat is God heeft die daarin zo geworpen en besloten, dat zij er in moesten blijven, zonder er uit te kunnen komen.

23) de Schelfzee;

In deze zee is Farao kort hierna verdronken; Exod. 14.

Job 39:20

47) heeft haar

Hebreeuws, heeft haar de wijsheid doen vergeten; dat is, de wijsheid niet gegeven, of daarvan ontbloot. Versta door deze, de natuurlijke beweging en trek, die anderen beesten van God ingestort is, waardoor zij hun jongen wel weten te bewaren, te verzorgen en buiten gevaar te brengen.

Nahum 3:17

59) Uw gekroonden

Aldus noemt de profeet de voortreffelijkste heren en ambtdragende personen van den koning van Assyri‰. Anders: uwe gehaarde, omdat de grote heren lang haar plachten te dragen.

60) zijn als de sprinkhanen,

Te weten, in menigte als de sprinkhanen.

61) krijgsoversten

Zie van dit woord Jer. 51:27.

Jer 51.27

62) als de grote kevers,

Hebr. als kevers der kevers. Alzo zegt men: Heere der heren, Koning der koningen, Lied der liederen, enz.

63) in de koude der dagen;

Dat is, ten tijde der koude, namelijk des nachts, als de zon onder is: of ten dage der koude, dat is, als het koud is.

64) vliegen zij weg,

Dat is, zij trekken haastelijk het land uit. Alzo wordt vlieden voor haastelijk komen genoemen, Hoogl. 8:14, en de aantekening aldaar, en Matth. 10:23.

So 8.14 Mt 10.23
Copyright information for DutKant