Exodus 30:10

13) eens in het jaar

Te weten, op den tienden dag der zevende maand, die daarom genoemd werd de dag der verzoening; Lev. 23:27.

Le 23.27

14) verzoening doen,

Of, de verzoening doen.

15) zondoffers der verzoeningen;

Dat is, des zondoffers, waardoor de verzoening gemaakt wordt.

Joshua 6:3

2 Kings 4:35

58) en klom [weder] op,

De mirakelen worden volmaakt tweezins: I. straks en op staanden voet, als 1 Kon. 18:37,38; Joh. 11:43,44, en onder, 2 Kon. 4:41, enz.; II. somtijds allengskens, gelijk hier, 1 Kon. 18:44,45; Mark. 8:24,25.

1Ki 18.37,38 Joh 11.43,44 2Ki 4.41 1Ki 18.44,45 Mr 8.24,25

2 Kings 6:10

10) zond

Te weten, om te vernemen of het zo was, gelijk de profeet hem gewaarschuwd had, en dat zo bevindende, op zijn hoede en voorbaat te wezen.

11) wachtte

Dat is, hij was daar op zijn hoede om alle schade af te keren.

12) niet eenmaal,

Dat is, menigmaal, tot verscheidene malen.

Job 33:14

23) Maar God

De zin is, hoewel God niet gehouden is van zijn doen ons rekenschap te geven, nochtans door zijn vriendelijke goedheid doet Hij het dikwijls, te weten als het Hem belieft, hetwelk van velen niet waargenomen wordt. Vergelijk Gen. 6:3; Num. 14:42; 1 Kon. 22:28; 2 Kon. 17:13; Dan. 4:5,22,28; Matth. 27:19.

Ge 6.3 Nu 14.42 1Ki 22.28 2Ki 17.13 Da 4.5,22,28 Mt 27.19

24) eens of tweemaal;

Een zeker getal voor een onzeker. Alzo onder, Job 33:29. Zie Lev. 26:8.

Job 33.29 Le 26.8

25) let niet

Hebreeuws, ziet.

Job 40:5

8) Versier

Te weten, gelijk Ik daarmede versierd en bekleed ben. Zie Ps. 93:1, en Ps. 96:6, en Ps. 104:1; Jes. 51:9. God wordt gezegd hiermede aangetogen en bekleed te zijn, omdat zij zich in al zijne oordelen en werken vertonen, hetwelk Job vermaand werd na te komen, zo hij lust had met God te richten. Vergelijk boven, Job 29:14, en de aantekening.

Ps 93.1 96.6 104.1 Isa 51.9 Job 29.14
Copyright information for DutKant