Ezekiel 29:10

22) [wil] aan u en aan uw rivier;

Gelijk boven Ezech. 29:3.

Eze 29.3

23) woeste wilde eenzaamheden,

Hebreeuws, woestheden der woestheid, der eenzaamheid, of wildernis, dat is, ten uiterste woest maken.

24) toren

Hebreeuws, Migdol; dat sommigen voor de stad Migdol, waarvan zie Jer. 44:1, en Jer. 46:14.

Jer 44.1 46.14

25) Syrene af,

Hebreeuws, Seveneh; dat is, van het ene einde des lands tot het andere, gelijk enigen dit verklaren. Doch Syene was een vermaarde stad in Egypte, gelegen juist onder den Kreeftscirkel, of tropicus Cancri, Plin.lib. 2 hoofdstuk 83. Enigen menen dat het nu genoemd is Asna.

26) Morenland.

Hebreeuws, Cusch. Zie Gen. 2:13, en Gen. 10:6. Dat Morenland aan Egypte grenst, wordt gehouden buiten twijfel. Zie Jes. 18:1,2, en vergelijk onder Ezech. 30:4.

Ge 2.13 10.6 Isa 18.1,2 Eze 30.4

Ezekiel 30:5

9) Put, en Lud,

Gelijk boven Ezech. 27:10; dat is, de Moren, Pute‰rs en Lydi‰rs.

Eze 27.10

10) gemengde hoop,

Zie Jer. 25:20.

Jer 25.20

11) Cub,

Dit wordt gehouden voor een omstreek in Lybi‰, nabij Egypte gelegen.

12) kinderen van het land des verbonds

Dat is, de andere bondgenoten der Egyptenaars, of een zeker nabijgelegen volk, dat in nauwe verbintenis en gemeenschap stond met Egypte. Sommigen verstaan de Joden, [als bewoond hebbende het land Kana„n dat hun door Gods verbond gegeven was] die in Egypte mede gediend mogen hebben in den oorlog tegen zijnen vijand, zie Jer. 43:7, en Jer. 44:27, en vergelijk de manier van spreken, kinderen des lands, met Job 1:3, en boven Ezech. 16:28, en zie de aantekening aldaar.

Jer 43.7 44.27 Job 1.3 Eze 16.28

13) hen vallen door het zwaard.

De Egyptenaars.

Ezekiel 30:9

21) aangezicht in schepen uitvaren,

Dat is, Ik zal beschikken dat de tijding van der Chalde‰n inval in Egypte overgebracht worde in Morenland; God spreekt hier als rechter, zittende op zijn rechterstoel in Egypte, en dit ganse werk regerende.

22) zorgeloze Morenland

Hebreeuws, Cusch der zekerheid, of des vertrouwens; dat is, dat zekere en zorgeloze Morenland; dat is de Moren.

23) bij hen zijn,

Te weten bij de Moren, gelijk boven Ezech. 30:4.

Eze 30.4

24) als in den dag van Egypte;

Gelijk er was in Egypte, als het verwoest werd, boven Ezech. 30:4. Of, [gelijk sommigen] als God de eerstegeborenen in Egypte sloeg, Exod. 12:29,30.

Eze 30.4 Ex 12.29,30

25) het komt aan!

Dat is, het zal gewisselijk komen, of, zij [de voorzegde pijn] zal hun aankomen.

Copyright information for DutKant