Ezra 6:8-9

19) belette.

Chaldeeuws, doe ophouden.

20) nodig is,

Of, wat zij van node hebben.

21) jonge runderen,

Chaldeeuws, zonen, of kinderen der ossen.

Ezra 7:20-22

20) talenten zilvers

Van een talent, zie Exod. 25:39.

Ex 25.39

21) kor tarwe,

Van deze maten kor en bath, zie 1 Kon. 4:22, en 1 Kon. 7:26.

1Ki 4.22 7.26

22) zonder voorschrift.

Dat is, zonder daarvan maat voor te schrijven, of, zoveel men van node zal hebben.

Nehemiah 9:38

49) in dit alles

Of, om dit alles; te weten, al dit kwaad, dat ons is overkomen en nog tegenwoordig drukt; of van dit alles, dat is om te betuigen, dat wij dit alles oprechtelijk menen en ons verplichten tot ware bekering, om uw rechtvaardigen toorn af te wenden en uw zegen te ontvangen. Zie onder Neh. 10:29.

Ne 10.29

50) maken

Zie Gen. 15:17,18.

Ge 15.17,18

51) vast

Hebreeuws, een vastigheid.

52) verzegelen.

Hebreeuws, [zijn, of zullen zijn] tot, of over de zegeling, of het gezegelde; te weten, uit onzer aller naam. Anders, tot, of over de verzegeling [waren], enz. Verstaande dat de belijdenis met Neh. 9:37 nu wijders verhaald wordt wat zij na de belijdenis gedaan hebben tot hare bekrachtiging. Daarom hechten zij Neh. 9:38 aan Neh. 10, en zetten het aldus over: Van dit alles nu maakten wij een vast verbond en schreven het, enz.

Ne 9.37,38
Copyright information for DutKant