Genesis 14:6

17) de Horieten

Hebr. Chorieten, een volk, dat in Se‹r woonde, gelijk ook Ezau, onder Gen. 32:3, totdat de Edomieten of Ezaus nakomelingen hen van daar verdreven hebben, onder Gen. 36:20; Deut. 2:12,22.

Ge 32.3 36.20 De 2.12,22

18) Paran,

Dit is de naam van een stad, het gebergte en het omliggende land. Zie Num. 13:3; Deut. 33:2; 1 Sam. 25:1; Habak. 3:3. Hiervan heeft de woestijn Paran haar naam; onder Gen. 21:21; Num. 10:12.

Nu 13.3 De 33.2 1Sa 25.1 Hab 3.3 Ge 21.21 Nu 10.12

Numbers 11:3

4) Thab-era,

Dit woord betekent aansteking, of brand. Hier is geweest een legerplaats der kinderen Isra‰ls, anders genoemd Kibroth-Ta„va; onder, #Num. 11:34,35, en Num. 33:16. De verscheidenheid der namen geeft ons te kennen de verscheidene gelegenheden der legerplaatsen, zijnde Tab-era bij Egypte, en Kibroth-Ta„va bij Kana„n gelegen. In de telling der legerplaatsen wordt Tab-era verzwegen en Kibroth-Ta„va alleen genoemd; onder, Num. 33:16.

Nu 11.34,35 33.16,16

Numbers 11:34-35

48) Kibroth Tha„va;

Dat is, lustgraven. Een legerplaats zo genaamd, omdat daar begraven waren degenen, die de walg hadden gehad van het man, en hun lusten met vlees verzadigd hadden, hetwelk de HEERE hun wel gegeven had, maar in zijn toorn.

49) Hazeroth;

Een andere legerplaats der Isra‰lieten in de woestijn. Zie van deze ook Num. 33:17, en Deut. 1:1.

Nu 33.17 De 1.1

50) bleven in Hazeroth.

Hebreeuws, zij waren.

Numbers 12:16

17) Paran.

Namelijk in Rithma, hetwelk was in de woestijn Paran. Zie onder, Num. 33:18, en van Paran, zie Gen. 14:6.

Nu 33.18 Ge 14.6
Copyright information for DutKant