Genesis 21:25
37) Abraham Eer Abraham zweert, wil hij alle achterdocht wegnemen. 38) ter oorzake Aangezien hij hem gegraven had, en door de dorheid des lands het water zeer moeilijk te bekomen, en daarom hoog nodig en van grote waarde was. Verg. onder, Gen. 26:19,20,21, enz. Richt. 1:15. Ge 26.19,20,21 Jud 1.15 Genesis 26:15
26) die zijns Zie boven, Gen. 21:25. Ge 21.25 27) met aarde. Hebr. met stof. Genesis 26:20-21
33) hij den Te weten, Izak. 34) Esek, Dat is, twist, gekijf. 35) Sitna. Dat is, vijandschap, haat, wederstand. Van hetzelfde Hebreeuwse woord wordt de duivel genoemd Satan, dat is, wederpartijder, hater.
Copyright information for
DutKant