Isaiah 44:24-26
84) van den buik af: Zie boven Jes. 44:2. Isa 44.2 85) doet, Of, doe, en alzo in het volgende van Jes. 44:24, en Jes. 44:25,26. Isa 44.24,25,26 86) der leugendichters Dat is, der afgodendienaars; of der tekenbeduiders, voorzeggers, enz. op welker ijdele voorzeggingen de Babylonirs en heidenen groot acht gaven. 87) de waarzeggers Zie Spreuk. 16:10. Pr 16.10 88) de wijzen Dat is, die menen wijs te zijn; zie Job 5:13. Job 5.13 89) achterwaarts Dat is, hunne aanslagen teniet doet. 90) [Die] hun wetenschap Of, die hunne kunst dwaas maakt. 91) het woord Hetwelk Hij door den mond van zijnen knecht Jesaja gesproken heeft, te weten dat Hij de stad Babel door Cyrus zou laten innemen en zijn volk weder in hun vaderland brengen zou. 92) den raad Te weten zijn raad van het wederbrengen van zijn volk uit de Babylonische gevangenschap. 93) Zijner boden Welke zijne boden, de profeten, zijn volk verkondigd hebben en nog verkondigen zullen. 94) Die tot Jeruzalem zegt: Hier verklaart de Heere zichzelven, te kennen gevende van welken raadslag Hij straks gesproken heeft. 95) Gij zult bewoond Te weten na de verlossing uit de Babylonische gevangenschap, nadat zij zeventig jaar in de as en het puin zeer jammerlijk zou gelegen hebben. 96) hare verwoeste Te weten van de verwoeste plaatsen van het land Judea.
Copyright information for
DutKant