Jeremiah 25:21

35) Edom,

Zie onder Jer. 49:7, enz.

Jer 49.7

36) Moab,

Zie onder Jer. 48.

37) kinderen Ammons;

Zie onder Jer. 49:1, enz.

Jer 49.1

Jeremiah 27:3

4) boden,

Of, gezanten.

5) komen.

Of, zullen komen, zijn gekomen, om verbond met hem te maken tegen de Babyloni‰rs, of hem in zijn rebellie te stijven. Zie 2 Kron. 36:13.

2Ch 36.13

Ezekiel 25:9

19) zijde van Moab openen,

Dat is, Ik zal die van het Oosten [gelijk volgt Ezech. 25:10] in de beste en sterkste plaatsen en omstreken van het land een open intocht bereiden.

Eze 25.10

20) grenzen af zijn,

Hebreeuws, uiterste, of einde.

21) Beth-jesimoth,

Dit waren van de voornaamste steden der Moabieten, tussen de beek Arnon en de Jordaan gelegen.

22) en tot Kiriathaim toe;

Of, en Kiriatha‹m.

Amos 2:1

1) Om drie overtredingen van Moab,

Zie Amos 1:3.

Am 1.3

2) hij

Moab, en voornamelijk de koning der Moabieten.

3) beenderen des konings van Edom

Hiervan wordt nergens elders in de Heilige Schrift vermeld. Sommigen willen het duiden op de historie 2 Kon. 3:27; zie de aantekening aldaar. Anderen menen dat zekere koning der Moabieten een koning van Edom heeft laten verbranden tot as, en daarvan een kalk doen maken, waarmede hij de muren van zijn paleis heeft laten bestrijken. In alle gevalle is er een buitengewone, onmenselijke wreedheid gepleegd, die God niet heeft willen ongestraft laten.

2Ki 3.27
Copyright information for DutKant