Jeremiah 5:6

12) heeft hen

Dat is, zal hen, enz. profetischer wijze gesproken van den toekomstigen overval der Babyloni‰rs.

13) der wildernissen

Of, der avonden.

14) verscheurd

Zie van het Hebreeuwse woord Ps. 50:22.

Ps 50.22

Hosea 13:7

21) leeuw;

Dat is, Ik onthaalde hen hard en verschrikkelijk; gelijk eerst dikwijls geschied is ten tijde der richters, door verscheidene omliggende vijanden, daarna als zij van Juda gescheiden waren, door den Assyri‰r Tiglat-Pilezer, enz. Zie 2 Kon. 15:29. Doch sommigen nemen Hos. 13:7 en het volgende in den toekomenden tijd, als ene voorzegging der toekomstige verwoesting door Salmanasser. Vergelijk boven Hos. 5:14; Klaagl. 3:10.

2Ki 15.29 Ho 13.7 5.14 La 3.10

22) loerde Ik op den weg.

Vergelijk Jer. 5:6.

Jer 5.6

Habakkuk 1:8

20) Want zijne

Deze woorden zien op het eerste lid van het zevende vs.

21) lichter dan

Dat is, sneller.

22) scherper dan

Van tanden, of van gezicht.

23) de avondwolven,

Hebr. de wolven van den avond; dat is, dan de wolven, die des avonds of bij nacht komen, om de schapen te stelen; verg. Jer. 5:6.

Jer 5.6

24) van verre

Te weten uit verre landen.

25) vliegen

Dat is, haastelijk en snellijk voortgaan.

26) als een arend,

Verg. 2 Sam. 1:23; Job 9:26; Spreuk. 30:19; Jer. 4:13; Ezech. 17:2; Matth. 24:28.

2Sa 1.23 Job 9.26 Pr 30.19 Jer 4.13 Eze 17.2 Mt 24.28
Copyright information for DutKant